vrijdag 9 februari 2018

Spoel en spade

Mijn vaste lezers zullen het wel weten: ik ben geboren en getogen in Enschede. En ook al woonde ik intussen bijna net zo veel jaren in Enschede als daarbuiten: ik blijf mij een Tukker voelen. Als we eens een weekend daar zijn, is mijn vrouw soms bang dat ik niet meer mee naar huis wil!

In mijn jonge jaren was Enschede nog echt een textielstad. Met veel textielfabrieken. Grote namen: Jannink, Van Heek, Schuttersveld, Rigtersbleek. Hele woonwijken voor de fabrieksarbeiders, die in grote getale naar de stad kwamen, vanuit Drenthe en Groningen. Maar de klad kwam erin. Lage-lonen-landen gingen de concurrentie aan en Twente verloor de slag grotendeels. Ook mijn vader werd werkloos. En de fabrieken verdwenen of kregen een andere bestemming: een museum, een woonboulevard, enzovoort. Het stadsbeeld veranderde. Gelukkig kwam er een Technische Hogeschool die de economie weer aanjoeg.


Interessante lokale geschiedenis. Die natuurlijk al veel eerder begon. Naast de vele boekjes in mijn boekenkast ook verhalen in de vorm van een roman. Ik las Spoel en spade, geschreven door emeritus prof.dr. Anne van der Meiden.  Net als ik geboren in Enschede, kenner van de Twentse geschiedenis als geen ander en ook bekend van de door mij zeer gewaardeerde Biebel in de Twentse Sproake. Van der Meiden schreef dit boek oorspronkelijk rond 1960, maar ter gelegenheid van de verschijning van het (zelfstandig te lezen) vervolg onder de titel Schering en inslag, is dit boek in 2014 opnieuw uitgegeven. Het is een streekroman, die de geschiedenis beschrijft van 1830 tot 1860.

Spoel en spade gaat over het wel en wee van de familie Wissink en hun buurtgenoten. De strijd in en tegen Belgiƫ is gestreden, zoon Lammert keert terug op het boerenbedrijf van zijn vader. Het is geen vetpot en veel boeren werken behalve met de spade (om het land te bewerken) ook met de spoel: bijna elk gezin heeft een weefgetouw om stoffen te maken. Een opkoper komt langs om de stoffen te kopen. Dat gaat goed, totdat er moderne (en snellere) weefgetouwen komen, die een betere kwaliteit stof afleveren. Gaan de boeren mee in deze aanpassing? Of houden ze vast aan het oude vertrouwde? Wie neemt het voortouw? En niet veel later komen er in de stad grote fabrieken, die nog goedkoper kunnen produceren. De boeren hebben geen keus.

Het leven in het buurtschap wordt beeldend beschreven. Met geregeld een Twentse uitdrukking (in een voetnoot vertaald). Het hele leven komt voorbij, inclusief relaties, emoties, lokale gebruiken, leven en dood. Geregeld humoristisch, soms ook best wel aangrijpend. Ver voordat er sociale voorzieningen kwamen waren er al mensen die het goede voorhadden met hun in nood verkerende medemens. Ik weet niet of dat de typische Twentse “noaberschap” is, ik ben ook op andere plaatsen naastenliefde en betrokkenheid tegengekomen.


Het zal duidelijk zijn: ik heb dit boek met veel interesse en plezier gelezen. Inmiddels is het door mij gereserveerde exemplaar van het vervolg bij de bibliotheek binnengekomen. Lezing daarvan (en een nieuw blog) zal niet lang op zich laten wachten.

Spoel en spade is geschreven door Anne van der Meiden, in 2014 uitgegeven door Zomer & Keuning, telt 238 pagina’s. ISBN 978 94 0190 321 9. Ook als e-book te lezen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten